Wout van Aert blikt positief terug op zijn vierde plaats in de Ronde van Vlaanderen, een wedstrijd waarin hij zware concurrentie trotseerde.
Hoewel hij het podium niet haalde, toonde zijn prestatie veerkracht en strategisch koersinzicht.
“Ik ben zeker tevreden over de manier waarop ik heb kunnen koersen,” verklaarde Van Aert na afloop bij Sporza.
Deze uitspraak benadrukt zijn tevredenheid over zijn inspanning, vooral gezien het sterke deelnemersveld met renners als Tadej Pogačar en Mathieu van der Poel. Van Aerts tevredenheid is opmerkelijk, zeker na recente uitdagingen, waaronder tactische tegenslagen in Dwars door Vlaanderen, die twijfels zaaiden over zijn vorm richting deze klassieker.
Hij erkende de eerlijkheid van de sprint en zei: “Het was een eerlijke sprint. In de finale zaten we allemaal op onze plaats: Tadej was de sterkste, en daarachter reden we allemaal op onze limiet.”
Deze erkenning onderstreept de uitzonderlijke prestatie van Pogačar, die met een solo-aankomst zijn tweede overwinning in de Ronde van Vlaanderen behaalde, en daarmee renners als Van der Poel en Mads Pedersen meer dan een minuut achter zich liet.
Terugblikkend op zijn eigen koersverloop merkte Van Aert op: “Eerlijk gezegd was die versnelling tegen mijn goesting, want mijn benen deden daar al serieus pijn.”
Deze openhartige uitspraak toont de fysieke eisen van de wedstrijd, met name tijdens de beklimming van de Oude Kwaremont, waar Pogačars beslissende demarrage het peloton uiteenreeg. Van Aerts poging om te reageren benadrukt zijn vastberadenheid, zelfs wanneer hij met vermoeidheid kampte.
Kortom, Van Aerts prestatie in de Ronde van Vlaanderen weerspiegelt zijn veerkracht en strategische aanpak in een sterk bezet veld, en bevestigt opnieuw zijn status als topfavoriet in de voorjaarsklassiekers.